Koolhydraten zijn een belangrijke bron van energie voor je lichaam, maar niet alle koolhydraten werken hetzelfde. In deze Voedingswijs leggen we je graag uit wat het verschil is tussen snelle en langzame koolhydraten – en waarom het belangrijk is om hier bewuste keuzes in te maken.

Snelle koolhydraten: een korte piek
Snelle koolhydraten (ook wel enkelvoudige koolhydraten genoemd) worden snel opgenomen in je lichaam. Ze zorgen voor een snelle stijging van je bloedsuikerspiegel en geven je een korte energieboost. Maar wat snel omhooggaat, komt ook snel weer naar beneden: je kunt je daarna moe, futloos of opnieuw hongerig voelen. Je vindt ze vooral in:
- Honing en siropen
- Witte rijst en wit brood
- Snoep, koekjes en gebak
- Vruchtensappen en gedroogd fruit
Langzame koolhydraten: stabiele energie
Langzame koolhydraten (complexe koolhydraten) worden juist geleidelijk afgebroken, waardoor de energie trager en gelijkmatiger vrijkomt. Ze geven je langer een verzadigd gevoel en helpen schommelingen in je bloedsuikerspiegel te voorkomen. Denk aan:
- Volkorenbrood en havermout
- Zilvervliesrijst, quinoa en peulvruchten
- Groenten zoals broccoli, courgette, boerenkool en paprika
Slim combineren: koolhydraten, eiwitten en vetten
Een slimme truc om je bloedsuiker stabiel te houden, is het combineren van koolhydraten met eiwitten en gezonde vetten. Denk aan een volkoren boterham met ei, of havermout met noten en yoghurt. Zo blijft je energie langer op peil én blijf je langer verzadigd.
Ons advies:
Voor een gebalanceerd voedingspatroon, kies je bij voorkeur voor langzame koolhydraten. Combineer deze met eiwitrijke producten (zoals peulvruchten, yoghurt of vis) en gezonde vetten (zoals noten of olijfolie). Dit draagt bij aan een stabielere energievoorziening gedurende de dag.